LOGBOEK – week 32 – 2020

  • ZWARTE ZATERDAG

‘Tientallen jaren aan zwarte zaterdagen.’, NRC, 31 juli 2020.

Ondanks het eind van de middag is het warm in de auto, tropisch warm. Wij staan vast in een lange rij wachtende auto’s bij de geopende brug over het Haringvliet. We zien talloze punten van de zeilboten en jachten onderlangs voorbijgaan, het druk bezette ruime sop van het Haringvliet kiezend. Dan sluit de brug zich en kunnen we stapvoets verder. Op de autoradio hoor ik dat we deelgenoot waren van de ‘Zwarte Zaterdag’. ‘Het is deze zaterdag erg druk op de Nederlandse snelwegen, zo melden de ANWB en Rijkswaterstaat. Rond het middaguur stond meer dan 250 kilometer file verspreid over het hele land. Inmiddels is dat afgenomen tot ruim 90 kilometer. De drukte is veroorzaakt door vakantieverkeer op onder andere de A1, A12 en N57. Ook speelt mee dat er op meerdere plekken wegwerkzaamheden worden uitgevoerd.’

Corona crisis of niet, het alledaags leven gaat voort blijkt maar weer. De zwarte zaterdag is van alle tijden. ‘Ze vallen meestal in het laatste weekend van juli en het eerste weekend van augustus: de zwarte zaterdagen. Op deze dagen veroorzaken reizigers op weg naar hun vakantiebestemming grote verkeersdrukte. Niet alleen de wegen, maar ook treinstations en vliegvelden staan op zulke dagen vol.’ Beelden uit de oude doos, uit de jaren 60 (Beeld: Nationaal Archief):


WAT ASSOCIATIES MET DAGEN IN DE TIJD EN IN DE WEEK:

Palmzondag/Zondag -Rustdag/ Bloody Monday/Maandag-Wasdag/ Zwarte Maandag/Dolle Dinsdag/As Woensdag/Woensdag – Gehaktdag/Witte Donderdag/Goede Vrijdag/Vrijdag – Visdag/ Sille Zaterdag/en zo meer …..


  • ‘WIJ EN ZIJ’

  • POPULISME

Boekbespreking NRC, 1 augustus 2020.

‘Populisten komen en gaan, maar het populisme als politieke stroming, schrijft de vermaarde Franse socioloog en historicus Pierre Rosanvallon in zijn nieuwste boek, Le Siècle du Populisme, is een blijvertje. Een fenomeen dat niet alleen verontwaardiging of afwijzing verdient, maar ook een gedegen beschouwing, een théorie.

‘De populistische leider spreekt consequent uit naam van ‘het volk’, dat als een ondeelbare eenheid wordt voorgesteld. ‘Het volk’ ziet zich permanent bedreigd door ondermijnende krachten. De grootste vijand is de bestuurlijke elite, die zich allang niet meer om het volk bekommert (en het, vervuld van verdwaasd kosmopolitisme en kwade trouw, zonder pardon aan zijn vijanden uitlevert). Het volk moet dus weer de baas worden, zonder tussenkomst van hinderlijke instituties die de zuivere volkswil dwarszitten, zoals een onafhankelijke rechterlijke macht, de journalistiek, de publieke omroepen, overheidsorganen. Daarom is er ook geen debat, maar eindeloze polarisatie – politieke tegenstanders zijn geen opponenten, zoals in een liberale opvatting van de democratie, maar vijanden van het volk. Er is, zowel bij het rechtse als het linkse populisme, altijd sprake van een ‘wij’ en een ‘zij’.’


  • ‘KLOOTJESVOLK’

Sander van Walsum. Volkskrant, 31 juli 2020.

‘Het is een eigenaardige paradox van de progressieve jaren zestig en zeventig: de natuurlijke bondgenoten van ‘de gewone man’ keken feitelijk op hem neer – alle verwijzingen naar ‘de basis’, de arbeidende bevolking, ten spijt. Zij schamperden opgewekt over de ‘spruitjesmoraal’ die in galerijflats en doorzonwoningen zou worden beleden. Over het banale oranjegevoel van de gewone man en vrouw. En over hun gezonde verstand, dat als ‘gesundes Volksempfinden’ verdacht werd gemaakt. 

Herbert Marcuse, socioloog van de Frankfurter Schule en ideologisch leidsman van de linkse protestgeneratie, kenschetste de verburgerlijkte arbeider met onverhuld dedain als ‘eendimensionale mens’. En provo Roel van Duijn reanimeerde het door Bredero gemunte synoniem van gepeupel: klootjesvolk. Voor Van Duijn was dat de noemer voor de hardwerkende, naamloze massa. Oftewel: ‘die apathische, afhankelijke, geestloze troep kakkerlakken, torren en lieveheersbeestjes.’


  • OUD WORDEN

Marjolein de Vos. NRC, augustus 2020.

 ‘Maar als ik iets zou mogen wensen voor de ouderdom, nu ik geen kind meer ben maar ook nog niet echt oud, zou ik wensen: niet eenzaam worden. En dan bedoel ik niet dat er elke dag een clown voor mijn raam liedjes uit de oude doos ten gehore moet komen brengen, of dat een goedwillende zorgmedewerker op een toon alsof ik niet goed snik ben vraagt of ik de pannenkoek lekker vond, of erger nog, me zegt dát ik de pannenkoek lekker vond („Dat is lekker hè, lekker zoet.”) Ik bedoel zoiets als leven om je heen. Een uitzicht niet op een verlaten plantsoen – want bejaardenwoningen in het groen – maar idealiter aan de voorkant zicht op een enigszins levendig plein of hof en aan de achterkant een tuintje. Met zon en vogeltjes erin. Dan ga ik met een beverige stem op een ochtend in maart de fenolijn opbellen om te vertellen dat ik vanochtend heb gezien dat de koolmeesjes de nestkastjes inspecteerden, zo vroeg in het voorjaar!’


  • HUISUITZETTING?

Een snap shot In het voorbijgaan. 3 augustus.

Een oploopje. Wat stoere mannen en een ‘handhaver’, afgaande op zijn hesje. Een TV. meubel, een stoel en wat zakken voor de ingang van de flat. Een man aan de stoeprand kijkt toe, neemt een slok uit een fles wijn en stopt die terug in zijn jaszak. Een pick-up van de gemeente, van de plantsoenendienst lijkt het. Een ontruiming in tijden van Corona?

Thuis lees ik: ‘Door de coronacrisis moet niemand op straat belanden. Dat vinden minister van Veldhoven van Milieu en Wonen en de verhuurdersorganisaties en brancheverenigingen (Aedes, IVBN, Kences, Vastgoed Belang). Ze hebben daarom afgesproken nu geen huisuitzettingen te doen. Daarnaast komt de minister met een spoedwet om tijdelijke huurcontracten te verlengen. De Woonbond en de LSVb ondersteunen dit. In aansluiting op dit statement hebben leegstandbeheerders in een eigen verklaring aangegeven hoe ze omgaan met hun bewoners in deze crisistijd.’

Is de gewone oude vertrouwde dagelijkse orde weer terug?


  • VERWOESTE LANDSCHAPPEN

  • Thomas Mann. Dagboek, Maandag 6 augustus 1945.

‘In Westwood voor het kopen van witte schoenen en kleurige overhemden. – Eerste aanval op Japan met bommen waarin de krachten van het gesprongen atoom (uranium) werkzaam [zijn]. Het geheim is dus ontdekt. Ook de Duitsers waren er dichtbij, maar de Amerikanen hebben de wedstrijd gewonnen – misschien met hun hulp; want talrijke Duitse fysici schijnen hier nu te werken – met dezelfde ijver als voor Hitler-Duitsland. De atoom-kracht-bom heeft 2 miljard gekost, en tienduizenden mensen hebben er in geheimzinnige arbeidsverdeling aan gewerkt.

Dinsdag 7 augustus 1945

De bladen vol van de atoom-bom en de geschiedenis van haar uitvinding, waarin veel joodse geleerden een rol spelen. De Duitsers waren er dichtbij voor hun collaps. Dit alles opwindend en onheilspellend. Het Vaticaan ertegen, kenmerkend genoeg. In het innerlijk van de natuur dringt geen geschapen geest? De binnenste kracht van het heelal wordt in dienst van de mens gesteld. Ze is daarbij in twijfelachtige handen. Maar het hoofd heeft het afgedwongen, gestimuleerd en begunstigd door de oorlog, vooralsnog alleen voor vernietigingsdoeleinden. De ontdekking van de radio-activiteit en van de atoom-transformatie moest wel voort gaan. Het ontstaan van barium uit het uranium, dat eerst ongeloofwaardig leek.


  • ‘Nu slaat de bom uit elkaar/de dingen, de dichter, de taal/Een reflex in mijn vingers schrijft dit af terwijl het verstijft’. Gerrit Achterberg (1905-1962)

  • Bobby van der List. NRC, 5 augustus 2020. ‘Na 75 jaar gaan de kinderen van Hiroshima eindelijk praten.’ :

‘Masaaki Murakami (76) staat bij het gedenkteken in het Vredespark, waarin de namen van alle dodelijke slachtoffers staan gegraveerd, inclusief die van zijn ouders. Dat Murakami nog leeft mag een klein wonder heten. Hij was amper een jaar oud, zijn ouderlijk huis stond binnen één kilometer van het hypocentrum. Hij doet zijn pet af en aait over zijn hoofd. Al zijn hele leven heeft Murakami chronische hoofdpijn. „Volgens de artsen is er iets op mijn hoofd gevallen na de explosie.” 


  • L.P. Boon (1946). De atoombom en het mannetje met den bolhoed

Scenario voor een film.

6e Deel:

‘Mannetje met den bolhoed snelt buiten, door de IN PANIEK VERKEERENDE STRAAT heen – wriemeling van de massa – mannetje zeer groot, camera ziet hem in den rug, aan zijn voeten schieten de auto’s, de bussen, de trams, in verwarring voorbij – mannetje zeer klein, camera ziet hem onder de auto’s doorlopen – STRAATONGELUK -in de algemeene chaos – brekende winkelruit – kantelende autobus – in de hoogte stekend wiel dat gek verder blijft draaien – muts op het asfalt – mannetje, terug gewoon, wordt weggeduwd schreeuwt: MISVERSTAND – krijgt stamp in den rug, van een auto – rolt neer op den trottoirboord – stamelt: misverstand – strekt de armen uit naar de beenen van de voorbijrennende massa – grijpt de beenen vast – men rukt zich los en snelt voort – hij kijkt vertwijfelend rond en zoekt iemand… -IEMAND’

8e deel:

‘Booten vergaan – masten knakken af – torens vallen – wolkenkrabbers stuiken ineen – rood dalend licht – helwitte vlam – ATOOMBOM – niets – duisternis – langzaam te voorschijn komen van een woestijn – eindigend voetspoor van een voor de helft onder het zand bedolven bolhoedje – zand dat afritselt – bolhoedje dat bedekt wordt.’


Zapte in de sfeer van ‘destructie’ naar You Tube en stuitte op (protest) muziek rond de vernietiging van de landschappen in Vietnam: Best Rock Songs Vietnam War Music Best Rock, music Of All Time 60s and 70s. Zo kom ik weer van het een op het ander, en ben ik zo weer terug in de roerige jaren 60. Een tijd ook waar de hoop op een nieuwe toekomst voor ogen stond, een beetje als een Phoenix die uit de as herrijst.


3 antwoorden op “LOGBOEK – week 32 – 2020”

  1. Mensen zijn kuddedieren. Allemaal tegelijk de weg op en zo een zwarte zaterdag veroorzaken. Ik heb vooral medelijden met die arme kinderen die met hun iPad op de achterbank in de zinderende hitte in de auto bakken. En dat allemaal omdat ze tegelijk in hun vakantiehuisje of appartement aan zee de zomervakantie in het Zuiden willen doorbrengen. De Nederlanders die vanwege de corona in eigen land zijn gebleven zoeken elkaar ook op aan het strand, in de bossen en op de terrassen. Zo constateerde ik eergisteren in Oisterwijk bomvolle terrassen en files in de bossen en langs de vennen. Wij gingen er op de fiets met een grote boog omheen en vonden gelukkig nog richting Moergestel een ruim terras met veel vrije tafels en stoelen. Even buiten het gekrioel is nog ruimte genoeg te vinden.

  2. Naar aanleiding van een krantenbericht ben ik John Hersey’s ‘Hiroshima’ aan het lezen, dat hier al een tijdje op de stapel te lezen boeken lag. Een aangrijpend verslag.

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *