Hier op de grens van het Groene Hart staan op korte afstand van elkaar verschillende industriële complexen die (nog steeds) het landschap kenmerken. Door de nabije aanwezigheid van alle benodigde grondstoffen, zoals klei, zand en turf, in combinatie met de goede bereikbaarheid over het water, vestigden zich langs de Oude Rijn verschillende pannen- en steenfabrieken.
NIEUW WERKLUST
In Hazerswoude-Rijndijk staat de kleiwarenfabriek ‘Nieuw Werklust’, ontstaan in de 17e eeuw, waarschijnlijk rond 1675. De fabriek produceerde vooral dakpannen, bloem– en schoorsteenpotten. De steen- en pannenfabrieken waren in het verleden seizoensbedrijven, waarbij de productie plaats vond van april tot oktober. Buiten die periode werd de benodigde klei per vlet aangevoerd via het oostelijk van het complex gesitueerde aanleverkanaal. De klei werd met zand en water voorgemengd in een eenvoudige schoepmolen en gevormd tot kleiballen of -koeken. Voorheen gebeurde dit met handwerk, later werd dit proces gemechaniseerd. Nadat de voorbereide klei was geperst in de vorm van een dakpan, werden de pannen op droogrekken uitgelegd in lange droogschuren die ter ventilatie aan alle kanten voorzien waren van jaloezieën. Na een tweede droogperiode op de rekken boven in de schuur volgde ook nog een derde droogperiode. Pas daarna werden de pannen gebakken in ovens die elk 16.000 pannen konden bevatten en met turf of steenkool werden gestookt tot een temperatuur van 1000 graden.
Het is een beschermd monument, maar staat na jarenlange leegstand op instorten. Allerlei partijen zijn al jarenlang met elkaar in discussie over de (her)bestemming van het gebied. In dit krachtenveld opereren de eigenaar, een projectontwikkelaar, de gemeente, het rijk, de belangenorganisaties en de omwonenden. De uitkomst van deze discussie is nog steeds ongewis (januari 2020).
Het complex bestaat uit diverse gebouwen die in meerdere fases tot stand zijn gekomen en die in de loop der tijd aangepast zijn aan de wijzigingen in het productieproces: een in eclectische stijl vormgegeven directeursvilla; een cluster bestaande uit kantoor, ovengebouw en twee loodsen; een schaftlokaal tevens opslaggebouw uit ca. 1930; een loods voor het maken van potten voor schoorstenen; een fabriekshal uit 1937; een houten kolen- en turfloods; twee loodsen; een kleibereidingsloods voor de voorbewerking van klei; een drooglood; twee ovengebouwen. De ovens zijn nog niet ontmanteld. Ook gereedschap, oude machines, kruiwagens, stempels, ovens, dakpannen, potten, zijn nog aanwezig.
De vijf evenwijdig aan de weg gelegen arbeiderswoningen maken ook deel uit van het beschermde deel van het complex. Een viertal geschakelde nieuwere loodsen ten westen van het toegangspad zijn buiten de aanwijzing als rijksmonument gehouden. De schoorstenen, waarvan één gebouwd in 1913 door De Ridder en één uit 1930, zijn in slechte staat. De laagste schoorsteen staat scheef en de metalen ringen rondom hebben deels hun greep verloren. (Wikipedia).
Omdat na de stopzetting in 2001 van de activiteiten geen onderhoud werd verricht is de bouwkundige conditie van het complex sterk achteruit gelopen. Op initiatief van de Stichting Industrieel Erfgoed Leiden (STIEL) is een procedure aangespannen bij de gemeente Rijnwoude, waarna uiteindelijk in 2013 de eigenaar veroordeeld werd tot het wind- en waterdicht maken van het rijksmonument. Vanwege de slechte onderhoudssituatie is het betreden van het complex verboden en het fotograferen van het monument dan ook. Van achter de afrastering moest ik de foto’s schieten.
NOG IN BEDRIJF
De Firma De Gebroeders Ginjaar’ aan de Doeslaan in Leiderdorp is nog in bedrijf. ‘Zo kwam ik bij Ginjaar in Leiderdorp, de laatste kleiwarenfabriek in de streek. Ze maken vooral speciale producten voor de bouw, maar doen ook kunstprojecten. Honderd jaar geleden namen de broers Ginjaar aardewerkfabriek ’De Does’ over. Kleindochter Jolanda leidt nu het familiebedrijf. Zij laat me de fabriek zien. Haar man Hans en medewerker Sham vullen een oven met schoorsteenpotten. ,,We gebruiken gewone Nederlandse rivierklei’’, vertelt Jolanda. ,,Dat is eerst grijsbruin en wordt roodbruin tijdens het bakken. ’’De fabriek levert veel maat- werk voor restauraties. Daarvoor gebruiken ze oude mallen of maken ze aparte vormen. ,,Het is nauwkeurig handwerk’’, vervolgt Jolanda. ,,Als een serie kleiwerk klaar is, wordt het in de oven gemetseld en gebakken. Het duurt dagen voor de oven is afgekoeld en kan worden opengebroken. Dan wordt het kleiwerk geglazuurd en opnieuw gebakken. Soms is alles gebarsten en kan je opnieuw beginnen.’’ Zo gaat het al eeuwen”.
NAGEKOMEN BERICHT (14 Februari 2021).
Leiderdorps Weekblad.
‘Na een eeuw is Ginjaar Kleiwaren overgegaan in andere handen. De aan de Leiderdorpse Doeslaan gevestigde kleiwarenfabriek is sinds eind 2020 onderdeel van het Friese bedrijf Albarello Tegelfabriek & Atelier, zo werd deze week bekend gemaakt. De bedrijfsactiviteiten verhuizen naar Sneek.
Ooit telde Leiderdorp meerdere kleiwarenfabrieken die klei verwerkten uit de polders in de omgeving. Firma gebroeders Ginjaar Kleiwaren, zoals de officiële naam luidt, was de laatst overgeblevene daarvan. De fabriek startte in 1920, toen de familie Ginjaar de fabriek en loodsen van de Aardewerkfabriek Holland kocht. Ginjaar produceerde voornamelijk schoorsteenpotten en bloempotten. De bloempotproductie is allang verleden tijd maar de schoorsteenpotten worden nog steeds gemaakt aan de Doeslaan. Daarnaast is het bedrijf gespecialiseerd in het maken van ambachtelijke bouwkeramiek voor restauratiedoeleinden. ‘
Foto: J.P.Kranenburg)
Wat er met het fabriekscomplex aan de Doeslaan gaat gebeuren, is nog de vraag. Ginjaar heeft al eerder haar gedachten laten gaan over de mogelijkheid om de panden te transformeren tot appartementen. “Het zou leuk zijn als er iets van behouden kan blijven maar ik ga het zeker niet zelf ontwikkelen.” Duidelijk is dat het vinden van een nieuwe bestemming niet eenvoudig zal zijn. Wat het allemaal niet makkelijker maakt, is dat de gemeente op 5 januari dit jaar de Doeslaan 32 tot en met 34 tot gemeentelijk monument heeft bestempeld. “Het gaat nog een hele uitzoekerij worden wat hier wel en niet kan en mag.”
beste Ton.
Laten wij nu een pot(je) met deksel van het merk “Leiderdorp” hebben.
Verder viel mijn oog op de “directeursvilla met op het terrein van de fabriek een rijtje van 5 arbeiderswoningen”.
Zelf wonen we ook in een “directeurs villa”, ook eclectische stijl, met achter de fabriek een rijtje van 4 arbeiderswoningen.
In onze fabriek werden sigaren gemaakt. De fabriek is afgebroken ca 1960. De huisjes iets eerder.
Wij wonen in het huis sinds 1969.
Wat een toevallige samenloop van dingen. Jouw potje, weet ik, komt van een keramiek fabriek Zaalberg, eveneens aan de Oude Rijn. Het pand staat als weer enige jaren leeg, afgeschermd door hekwerk. De nieuwe bestemming blijft vooralsnog ongewis.