ACHTERWERK IN DE KAST – pasen

  • PASEN

Pasen? ‘Dan gedenken christenen Jezus’ verrijzenis uit de dood, nadat hij twee dagen tevoren aan het kruis was gestorven. ‘Tja, maar dat is toch ook de paashaas, de eieren, de eieren schilderen en deze verstoppen?’ ‘Zeker!’. Druk is het die dagen ook, nu mogelijk wat minder vanwege de corona, op de meubelboulevards, op de wegen langs de bollenvelden, het parkeerterrein bij Mandemakers keukens. Zo’n uitje hoort ook bij pasen. Bijzonder in Nederland is dat nergens op de wereld het oratorium van Johann Sebastian Bach zo vaak wordt uitgevoerd. Muziek en zang vertellen het lijdens- en stervensverhaal volgens het evangelie van Matheus.

Hoewel het woord Pasen afstamt van Pesach, ‘overdoen’ in het Hebreeuws, herdenken joden totaal iets anders: hun ontsnapping aan de slavernij in Egypte. Zowel katholieken als protestanten vernieuwen hun doopbelofte en vieren tijdens de paaswake de opstanding met een veelheid aan brandende kaarsen. Katholieken hebben de plicht voorafgaand aan Pasen te biechten en op de dag zelf ter communie te gaan. Omdat zij door de doop van de erfzonde zijn verlost kennen zij een ‘zalig Pasen’, terwijl protestanten elkaar hooguit een ‘vrolijk Pasen’ wensen.

Over de herkomst van het paasfeest is druk gespeculeerd. Aanhangers van de Germaanse mythologie noemen het in oorsprong een voorjaarsfeest. De kerk zou zo slim zijn geweest om Pasen te vermengen met dit voorjaarsfeest en daarmee te kerstenen. Het feest verwijst naar de Germaanse godin Ostera. Ostera bracht, bijgestaan door haar leger van hazen, in deze tijd van het jaar vruchtbaarheid en nieuw leven. We zien haar dan ook veelal afgebeeld met hazen, eieren en voorjaarsbloemen.  Engelse en Duitse benamingen voor Pasen, Easter en Ostern, verwijzen naar deze godin. Hier tegenover staat dat de benaming ook heel goed naar het Oosten, waar de zon opkomt, kan verwijzen.

  • DRIE EI IS EEN PAASEI

In de orthodox-christelijke kerken, die tot vandaag de consumptie van eieren verbieden tijdens de vastenperiode, de 40 dagen die aan het paasfeest voorafgaan. Na die periode van onthouding, gaf men elkaar met Pasen eieren cadeau, een traditie waaruit de beroemde Fabergé-eieren stammen die de tsarenfamilie liet vervaardigen. Ook in Engeland verwierf ‘Easter Egg’ grote betekenis. En Albert Heijn kwam met zijn chocolade eitjes, die heden ten dage al ruim voor aswoensdag, de dag na het carnaval wanneer de vastentijd begint, de schappen ermee vult.

UITBLAZEN

Protestanten mochten gewoon eieren blijven eten. Katholieken hier te lande kenden net als elders de uitgeblazen eieren die tijdens de vasten voor echt op tafel werden gezet. In het Zuiden brachten zij die na afloop van de vasten wel in manden naar de kerk om ze te laten zegenen. Kinderen, maar ook kosters, gingen erom bij mensen thuis bedelen; in Limburg doen ‘klepperjongens’ dat nog steeds. Indachtig de goddelijke drie-eenheid gold dan één ei als geen ei, twee ei als een half ei, maar drie ei, ja, dát was een paasei.

SCHILDEREN

De uitgeblazen eieren werden geschilderd. Deels had dit een prozaïsche achtergrond: op die manier waren ze te onderscheiden van ongekookte exemplaren. Verder was het eierschilderen al bekend in het Perzië van voor de jaartelling; het betreft een tamelijk algemene praktijk. Christenen plachten sinds de dertiende eeuw hun paaseieren rood te kleuren om het bloed van Jezus te verbeelden; in Italië gebeurt dat tot vandaag nog steeds. In de dertiende eeuw had Edward I van Engeland de primeur van het Gouden Ei, als presentje voor zijn kinderen. Het veelkleurige paasei is wellicht in de zeventiende eeuw aan het hof van Louis XV in Frankrijk ontstaan; van hem is bekend dat hij zijn dochter eieren schonk die door beroemde kunstschilders waren bewerkt.

VERSTOPPEN

Het verstoppen van eieren heeft wellicht te maken met het feit dat kippen graag nestelen in struikgewas. Het begrip ‘Easter Egg’ als geheime boodschap in boeken, films en computerprogramma’s verwijst ook naar dit verstoppen. Eieren kwamen in katholieke kringen ook te liggen op speciale paasweiden. Bij katholieken heette het namelijk dat kerkklokken als ze tussen Witte Donderdag en Paaszaterdag niet mochten luiden, eieren door de lucht gingen halen in Rome. Tijdens hun terugtocht strooiden ze dan de eieren ‘bij hele vlagen’ (Guido Gezelle) over de weiden uit.

  • PALMPASEN

Aan het paasfeest gaat de Goede Week vooraf, die begint met met Palmzondag of Palmpasen. Het is de glorierijke intocht van Jezus in Jeruzalem, waarbij hij werd toegejuicht door dezelfde menigte die hem enkele dagen later, tijdens zijn gang naar de Calvarieberg, zou uitjoelen. Het was in die stad al in de 4e eeuw een onderwerp van herdenking. Tijdens de processie vervulde een bisschop de rol van Jezus, hij ging te voet en kinderen met plam- en olijftakken vergezelden hem. Dit gebruik heeft zich over het hele Westen verbreid; in Nederland is het al in de 9e eeuw aangetroffen.

Op palmzondag wordt de intocht van Jezus in Jeruzalem herdacht. Jezus reed op een ezel de stad in en de mensen wuifden hem met palmtakken toe.

Een aannemelijke theorie is dat de palmpasenstok die in processie wordt meegenomen, meibomen in miniatuur zijn. De broodhaan in de top staat voor de haan die kraaide toen apostel Petrus drie keer Jezus Christus loochende na diens gevangenneming op Goede Vrijdag. De windwijzerhaan op kerktorens waarschuwt gelovigen voor hetzelfde. Meer nog onder protestanten dan onder katholieken trokken kinderen met palmpasenstokken langs de deuren om eieren voor Pasen op te halen. Zij zongen: 

Palm, palm pasen, Eikoerei, Over ene zondag, Dan hebben wij een ei, Een ei is geen ei, Twee ei is een half ei, Drie ei is een paasei.

Het Eikoerei is naar zeggen een verbastering van ‘Kyrie eleison’, en de benodigde drie eieren herinneren niet zozeer aan het verraad van Petrus alswel aan de goddelijke drie-eenheid, die met Pasen geactualiseerd wordt.

In 1947 stelde een zekere Van de Graft vast dat het palmpasen nog slechts in honderd plaatsen voorkwam, voornamelijk in de oostelijke provincies. Voor uitsterven werd toen gevreesd. Maar zonder dat daartoe een oproep verscheen, begonnen onderwijskrachten, dominees, priesters en speeltuinverenigingen ineens palmpaasoptochten te organiseren, zelfs in gebieden die er nauwelijks een herinnering aan hadden. Behoud van een bindende traditie was meestal het oogmerk.


  • IN GESPREK MET GEESJE – mijn pasen in Drenthe

‘Palmpasen was voor ons kinderen in de buurt ook een bijzondere dag. Alle kinderen tot een jaar of twaalf verzamelden zich ’s morgens in de buurt. Ze hadden een versierde palmpasen stok bij zich; altijd volgens een vast stramien gebouwd: een kruis van 2 stokken, waar crêpepapier om heen zat en waar een slinger aan hing vol geregen met snoepgoed. Bovenop een haan; gebakken van brood. Gezamenlijk ging de groep dan bij alle huizen in de buurt langs. Na het zingen van een lied werd er snoep uitgedeeld.

Het palmpasenlied:

‘Palmhaantien,

op een stokkien,

gattien deur zien rokkien,

stokkien deur zien linkerbien,

daor giet oes palmhaantien hen.’

  • PASEN

Een week daarna was het weer feest: Pasen, het feest van het eieren gooien, eieren eten en het Paasvuur. 

De week ervoor hadden wij kinderen al boomschors verzameld, wat gebruikt werd om hardgekookte eieren te kleuren. De eieren werden dan egaal bruin. Moeders die meer tijd hadden maakten de eieren soms mooier, door ze te koken in bladeren of in koffie dik. Gekochte eierverf werd niet gebruikt. Tijdens de paasdagen werden er sowieso veel eieren gegeten, maar de avondmaaltijd op 2e Paasdag spande de kroon. Dan mochten we zoveel hardgekookte eieren eten als we wilden. Dat wil zeggen ,volwassenen en grote kinderen , kleinere kinderen op een rantsoen gezet, maar tot vijf eieren kwam ik toch wel.

Iedereen was op zijn of haar Paasbest gekleed. Mijn kleine zusje en ik kregen steevast een nieuwe jurk met Pasen. De avond tevoren als we naar bed gingen, was mijn moeder vaak nog bezig de laatste hand eraan te leggen, maar s’morgens waren de jurken klaar.

Paasmorgen werden de Paasnetjes gevuld: een hardgekookt gekleurd ei, een sinaasappel, wat snoep en een paar walnoten.  De meisjes uit de buurt en de kleinere jongens verzamelden zich op een stukje weiland en het eieren gooien begon. Het was de kunst voorzichtig te gooien, zodat het ei zolang mogelijk heel bleef. Als uiteindelijk iedereen zijn of haar Paasnetje leeggegeten had, gingen we kringspelletjes doen onder leiding van de oudste meisjes. Dit ritueel herhaalde zich ’s middags en ook op Paasmaandag nog tweemaal.  De wat grotere jongens vonden er minder aan en hadden naar hun idee ook geen tijd. Ze gingen in het dorp allerlei snoeiafval en brandbare spullen verzamelen voor het Paasvuur op 2e paasdag s’avonds.

  • PAOSVUUR

Daar hoorde ook een liedje bij:

‘Hej nog olle wann

Om oes Paosvuur te brann

Hej nog een bossien stro of riet

Anders braand oes Paosvuur niet.’

Met oude kleren aan gingen we s’avonds naar het paasvuur. De ouders gingen ook mee kijken, het halve dorp liep uit. Voor de jongens was het de kunst het vuur zo laat mogelijk aan te laten gaan, maar de vaders wilden geen uren wachten en staken het toch aan. Als het eenmaal goed brandde, smeerden de jongens hun handen in met het verkoolde hout en probeerden zoveel mogelijk de meisjes zwart te maken met roet. Wij kwamen uiteindelijk thuis als een soort roetpieten avant la lettre. De wat oudere jeugd deed hier niet aan mee, die ging meestal naar een bal wat op 2e Paasdag altijd wel ergens in de buurt was.’


  • IMMATERIEEL ERFGOED

Het ontsteken van Paasvuren is een traditie die al eeuwenlang in heel Europa voorkomt. Van Denemarken in het noorden van Europa tot Zwitserland en Oostenrijk in het zuiden. Nederland is de westgrens van dit gebied.

Kinderen verzamelen hout voor een paasvuur (1950). Fotocollectie Anefo via www.nationaalarchief.nl

Van oorsprong, zo vermoedt men, is de traditie van Paasvuren afkomstig uit de tijd van de Germanen. De vuren werden ontstoken om de godin Ostera een offer te brengen. Het vuur stond hierbij symbool voor de vruchtbaarheid en een nieuw begin. Vermoedelijk vierden de deelnemers flink feest, met veel drank erbij. Vroeger vonden dit soort feesten plaats op individuele hoeven, maar in latere tijden ging men Paasvuren per buurtschap of dorp organiseren.

De oudste schriftelijke bronnen over paasvuren dateren uit het midden van de 16e eeuw.  Het paasvuur was vaak aanleiding voor een feestje, compleet met drank en wilde dansen. In de 17e eeuw probeerde de protestantse kerk daarom een einde te maken aan deze traditie. Toen een verbod geen effect bleek te hebben, werden de paasvuren ingepast in de christelijke tradities. De kerk vormde het paasvuur om tot het aansteken van de paaskaars, als teken van de Verrijzenis van de Zoon van God.

  • HET VUUR IN ESPELO

Het Paasvuur Espelo wordt gebouwd door lokale jongeren. Het sociale aspect is heel belangrijk, net zoals het wedstrijdelement. In de Holtense paasvurencompetitie strijden vier buurtschappen om de hoogste paasbult. Er zijn afspraken gemaakt met Staatsbosbeheer en Natuurmonumenten, zodat de jongeren de heide op kunnen om jonge aangroei van naaldhout weg te halen. Zo heeft het Paasvuur Espelo naast een sociaal-culturele, ook een ecologische functie. Twee weken voor Pasen wordt er gestart met de opbouw van de vuurstapel. Dit opbouwen gebeurt volgens een bepaald systeem, dat alleen door de ervaren bouwers beheerst wordt. Zij geven hun kennis door aan de jongere bouwers. Als de stapel af is, worden er letters in gehangen die ‘Espelo’ vormen. Deze letters worden gemaakt door dames, die papieren roosjes vouwen die verwerkt worden tot de letters. Op de zaterdag voor Pasen worden de vier paasbulten opgemeten en gekeurd. De uitslag wordt ’s avonds in het lokale café bekendgemaakt. Eerste paasdag organiseert de stichting samen met de Espelose Jongerenvereniging een spelletjesmiddag en ’s avonds is er een lampionnenoptocht die onder leiding van de fanfare naar de locatie van het paasvuur trekt. Om 20.00 uur wordt het vuur aangestoken met een lampion van de optocht. Als de stapel brandt, is er tijd voor ontspanning en sociale contacten. Het vuur trekt veel bezoekers, uit het hele land. Traditie is dat de bezoekers elkaars gezichten met houtskool uit het vuur zwart maken. Op tweede paasdag wordt het terrein opgeruimd.’ 


NAWOORD

  • Mijn vader had de uitdrukking ‘ach, een ieder zoent zijn meisje op zijn manier’, en dan op z’n Twents uitgesproken, als wij kinderen wat gniffelden als hij over de heroïsche paasvuren in Twente vertelde. Wij hadden hier in Den Haag toch onze branden met oud en nieuw en dat ging er toch ook ruig aan toe.
  • Een Zweeds vriendin noemde deze week dat de heksen zo centraal staan in hun paasfeest. Dat kinderen verkleed als heksjes van deur tot deur gaan, dan liedjes zingen en tekeningen geven. In ruil daarvoor worden ze beloond met snoepgoed.

Ik zoek het na en lees dat de traditie van de paasheksen uit de middeleeuwen stampt toen in Zweden honderden vrouwen werden terechtgesteld wegens hekserij. Men geloofde vroeger dat de heksen op Witte Donderdag op hun bezem naar het eiland Blåkulla vlogen, voor een bijeenkomst met de duivel. Op Stille Zaterdag zijn er veel paasvuren die, volgens de traditie, de heksen op afstand moesten houden. Tegenwoordig ook vaak met vuurwerk. Op Stille Zaterdag keerden de heksen terug. Om zeker te zijn dat er geen in je schoorsteen zat, moest je op Paaszondag voor je je haard aanstak eerst 9 verschillende soorten takken verbranden.

De volwassen versie van de heksjes met Pasen in Zweden gaat als volgt: op goede vrijdag tikken de jonge mannen de dames zachtjes met een twijgtakje tot ze een alcoholisch drankje aangeboden krijgen. Op Paaszondag is het aan de dames om de heren te slaan met de twijgjes.

Ach Pa, je had gelijk: ‘Ieder zoent zijn meisje op zijn manier.’


BRONNEN

  • Marita Kruijswijk & Marian Nesse. Nederlandse jaarfeesten en hun liederen door de eeuwen heen. Uitgever: Verloren.
  • ‘Geschiedenis van het Paasvuur’ In: Historiek, 26 april 2019.
  • Jef de Jager. Rituelen en tradities (website).

In een andere blog vertel ik mijn herinnering aan de Goede vrijdag.


7 antwoorden op “ACHTERWERK IN DE KAST – pasen”

  1. Ha Ton,
    Wat een leuke blog! Ik heb op school ook nog eens een Palmpasen-stok moeten maken, wat vrij zinloos was omdat Palmpasen bij ons in Groningen niet werd gevierd. Wij hadden Sint Maarten (11 november) en daarvoor maakte je op school dan ook vaak een lampion.

  2. Inderdaad een mooi Paasoverzicht. Ik heb er gemengde gevoelens bij. Als katholiek moesten we een aantal keren naar de kerk. Vooral die hoogmis duurde eindeloos. Als kind hoopte ik altijd dat op Goede Vrijdag om 15.00 uur de wereld zou vergaan. Dat leek me toen wel spectaculair.

  3. Grappig, Bert, dat jij dat ook had bij de goede vrijdag 3 uur. Om die tijd zag ik als kind de dreigende wolken zich samenpakken, maar opgelucht zag ik dat zo rond 4 uur de zon weer scheen.

    Ja, het was een lange zit. Maar dat hoorde erbij, zo ook bij de nachtmis op Kerstmis, een hoogmis en twee gewone missen. Op pasen zette het kerkorgel uit ‘volle borst’ halleluja in en wij zongen mee. Zo af en toe luister ik nog eens naar Hayden en zie en ruik ik de kerk weer voor me.

    https://youtu.be/wIIH5Bva738

    De Matthëusus was in die dagen nog geen gemeengoed.

  4. Interessant Ton, te lezen over de Palmpasenrevival na de oorlog. Speelde het einde van jaren van Duitse bezetting een rol, of was het een laatste oprisping voordat we langzaam zouden afglijden naar nieuwe tradities als ‘Jingle Bell’ en Halloween?
    Palmpasen past dus helemaal in mijn jeugdherinneringen, eind jaren vijftig op de lagere Montessorischool. De dagen vóór de optocht werden de kruisen getimmerd en werd er gekleurd papier eromheen gedrapeerd. Dan het snoepkoord aan de kruisarmen en een broodhaantje op de punt van het kruis. Of was het een mandarijntje? De hele school ging daarna in optocht door de Vogelwijk naar het kinderziekenhuis of naar een ander goed doel.
    Interessant fenomeen, zo’n christelijke traditie, omdat die school een zgn. neutrale bijzondere school was. Er was verder geen enkele uiting van religie, maar wel die Palmpasen. (Over Kerstmis op school kan ik me niets herinneren). Er waren daar overigens meer voorbeelden van traditie, zoals volksdansen en heel veel vaderlandse liederen en volksliedjes. Dat liederengenre is tzt. wellicht nog eens een andere blog waard…

  5. Als eieren ‘het nieuwe leven’ symboliseren dan zou het ‘eieren zoeken’ kunnen verwijzen naar hoe het nieuwe leven in de natuur zichtbaar wordt. In eerste instantie zie je het nog niet, maar als je erop let, zie je hier en daar kleine blaadjes aan bomen en struiken verschijnen. Je moet dus zoeken naar het nieuwe begin om het te ontdekken. ..

  6. Mooie blog, Ton. Ik ben weer helemaal bijgepraat over Pasen en hoe alles met alles samenhangt. Dit was ooit een gevleugelde uitspraak van een van mijn pedagogiekdocenten. Leuk om te lezen hoe we eigenlijk hele basale fenomenen op onze eigen manier vorm geven.

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *