DE FILM VAN OME WILLEM – mijn eerste film

WAT WIL JE LATER WORDEN?

DE MAGIE

Met een ‘bioscoopbezoek’ betreedt je een duistere zaal met de zware rode velours gordijnen die het podium afschermen. Het heeft voor mij iets magisch, al van kinds af aan en dat is tot op heden zo gebleven. Achterover geleund in de klapstoel hoor ik de gordijnen openschuiven en op het scherm verschijnt het trillend beeld van de ‘aftellende’ cijfers en dan begint de film. Na een uur of meer wegdromen gaat het zaallicht langzaam weer aan, de aftiteling loopt nog door, mensen staan op en schuifelen naar de uitgang. Ik blijf nog even zitten. Dan verlaat ik dit filmdecor en loop ik het heldere daglicht in, ik ben weer wakker.. 

MET DE CAMERA IN DE HAND

In mijn middelbare schooltijd kocht ik van het geld dat ik na schooltijd verdiende met losse baantjes en met vakantiewerk een filmtoestel. Zoals ik bedacht dat ik als Coentje Moulijn het voetbalveld betrad, als Bjorn Borg de tennisbaan, had ik Passolini voor ogen als ik rondliep met mijn toestel. Ik schoot losse beelden. Had niet van een draaiboek gehoord. Vanaf het perron aan de Laan van Nieuw Oost Indië nam ik de voortrazende internationale treinen die daar niet stopten, maar de papieren deden opwaaien, de deuren van de wachtruimten deden klapperen en volgde even later een enkele passagier die uit de stoptrein stapte en zijn kaartje achteloos op het lege perron weggooide.

Uren slenterde ik door Scheveningse vissershaven, tussen de glibberige schubben van de visafslag, nam de getekende gezichten van de mannen in beeld die allemaal een shagje in de mond hadden. 

Ik vroeg aan slager Offers om de uitgebeende varkenskop. die ik in een wasketel op het gastoestel liet koken, waarbij de luchtbellen naast de drijvende kop openbarstten. De stinkende damp besloeg de lens van de camera.

Het waren eigenlijk bewegende snap shots, niet meer dan dat. De meeste tijd ging op aan het afsnijden van de beelden van de opname rol en het monteren tot een lopend verhaal. De filmstroken hingen boven het werkblad van mijn donkere kamer. De ontwikkelaar was wat opzij geschoven om werkruimte te hebben voor het knippen en plakken. De bandrecorder liep mee met de 8 mm filmspoel, nooit lukte het om beide spoelen synchroon te laten lopen. 

In september in 1970 stond ik op een vroege maandagmorgen in het Hollands Spoor. Aan de ene kant van het perron kwam de trein uit Amsterdam binnen en aan de andere die uit Rotterdam. Ik was van plan om die naar Amsterdam te nemen en daar met de camera slenterend door de stad de weg te zoeken naar de filmacademie. De trein had vertraging en ik draaide in de telefooncel op het perron het nummer van de Economische Hogeschool in Rotterdam en kreeg te horen dat er om 10 uur een oriënterend college sociologie was. Ik snelde de trappen af naar het kaartjesloket en kocht een retourtje naar Rotterdam. Ik zat op tijd in de vertrekkende trein.

NAWOORD

Op de vraag wat ik later wil worden, hoe later in de tijd steeds gekscherender gesteld, komt het er wel op neer dat het antwoord overeenkomt met wat mijn loopbaan was. Wat schuchter glimlachend voeg ik toe ‘regisseur’. Dat is nog steeds een reeële droom. Op zolder moet ik nog een schoenendoos hebben staan met afgesneden filmstroken. Om filmpjes van mijn wandelingen te maken van al die snippers van de straat die ik opnam in de Scheveningse haven, op de perrons, in Parijs en in Rome. Ik wist van Mama Roma van Pasolini toen ik daar mijn snap shots maakte.


7 antwoorden op “DE FILM VAN OME WILLEM – mijn eerste film”

  1. Ha Ton, wat een leuk stuk. Nu zijn er iedere dag tig films op TV, maar in de bioscoop blijft het een heel andere ervaring. Heb je nog mogelijkheden om die oude films te bekijken? Ik heb nog een stel oude familiefilms die een oom van me heeft gemaakt en later overgezet heeft op VHS en nog later op DVD.

  2. Zeker Jan Jacob zijn de films om te laten zetten. Maar ik ga eerst op zoek naar een projector. Om in de sfeer te blijven. Dan hoor ik het ratelen van de tandjes die de film transporteren. Hoop niet dat het hapert, want dan zie ik het celluloid op het scherm weer verschroeien door de warmte van de projectielamp. Dat kon ook in de bioscoop gebeuren. Het licht ging dan aan in de zaal, gedempte muziek klonk op en op het scherm verscheen het bordje ‘even geduld a.u.b.’ In de projectiekamer was het paniek om zo snel mogelijk de verschroeide beelden af te snijden en de band weer te plakken. Zij vergeleken zich, weet ik, met de monteurs van de formule 1 races die bij een spitstop aan de slag gaan. De laatste jaren heb ik dat bordje niet meer afgebeeld gezien, hoewel ik nog wel de spoelen zie liggen in dat projectiekamertje daar achter in de zaal.

  3. in het 3e jaar van mijn studie ( het meest gemakkelijke ) ging ik gemiddeld 3x per week naar de film . Dat was ook voor een relatief arme student betaalbaar.
    Na mijn afstuderen jaren niet meer geweest. Nu sinds enige jaren weer regelmatig 1x per maand met een oude studievriendin.
    Bioscoop en bijkletsen bij een kopje koffie.
    Door de corona perikelen is dat acuut gestopt. We zijn beide bijna 80, en durven het niet aan nu weer te gaan.
    Ik mis het.

  4. Geesje, Zoals je las ging ik in Rotterdam studeren en was spoorstudent. In het stationsgebouw, met de ingang in de hal, was Kriterion. De door studenten gerunde bioscoop. Als de trein flinke vertraging had opgelopen en ik voor de colleges te laat zou zijn en ik dan overwoog ‘wat nu te doen?’, was het antwoord niet al te moeilijk. Bij Kriterion werden al vroeg in de morgen films gedraaid.

  5. Mooi verhaal. Je kent mijn belevenissen met station Hollands Spoor, voor een deel verwerkt in een drieluik dat ik in het najaar hoop te gaan exposeren. Ik kijk ook nog vaak in het boek ‘Hollands Spoor een koninklijk treinstation’, dat ik van je kreeg. Prachtig boek waar ik erg van geniet.

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *