IN GESPREK MET BERT HERMANS – helden

Ha Ton,

Juist in oorlogstijd zie je mensen naar voren komen die helden zijn, maar de over de echte helden hoor je zelden iets om zij het vanzelfsprekend vonden wat zij deden. Twee van die helden wil ik graag hier in het zonnetje zetten. Een eerste held die hier genoemd mag worden is Marcus Goosen Verwey. De tweede was een gereformeerde jongen in het verzet, de man van mijn nicht Jan Meilof IJben.

  • MARCUS GOOSEN VERWEY

Na zijn lidmaatschap van de Leidse gemeenteraad werd Marcus Goosen Verwey in 1935 als sociaal-democraat wethouder in Leiden. Hij kreeg de portefeuille van financiën en bedrijven. Hij stond in die tijd voor de keuze om mee te werken aan een politiek die hij afkeurde of van de post af te zien. Voor hem was het echter geen keuze; hij bleef op zijn post en probeerde te redden wat er te redden viel. Hij was een fel tegenstander van het nationaal-socialisme en ook hij heeft veel gedaan voor de joden. Zo wist hij door op zijn post te blijven veel Joodse inwoners tijdens de oorlog uit de handen van de nazi’s te redden.
Na de oorlog werd tegen hem een klacht ingediend bij de zogeheten ‘ereraad der S.D.A.P.’. De ‘ereraad’ meende zijn aanblijven als een politieke fout te moeten bestempelen. Gelukkig werd hij door de Leidenaren volledig gerehabiliteerd en door de eerste Noodgemeenteraad werd hij met algemene stemmen als wethouder herkozen.

  • JAN MEILOF IJBEN

Mensen als Hannie Schaft, Johannes Post en Gerrit van der Veen zijn na de oorlog bekend geworden door hun strijd tegen de bezetter. Behalve zij waren er duizenden ‘naamlozen’ die een belangrijke bijdrage hebben geleverd aan het verzet. Over de leraar Jan Meilof IJben uit Amsterdam heeft de historicus Bauke Marinus een korte biografie gepubliceerd (Jan Meilof IJben, leraar in oorlogstijd. Purmerend, Gentle Book, 2001). Jan Meilof IJben was een van de niet zo talrijke Nederlanders die ruim voor de Tweede Wereldoorlog het grote gevaar van het nazisme in Duitsland herkenden en daar in woord en geschrift blijk van gaven. ‘Scheve Jan’, zo noemden ze hem toen, stond aan het begin van de oorlog al klaar om Joden aan onderduikadressen te helpen. Zijn afschuw van onderdrukking en hang naar geestelijke vrijheid liepen als een rode draad door zijn leven, zoals zijn leerlingen ook na de oorlog konden constateren.

Meilof IJben was van meet af aan een fervent bestrijder van het in Duitsland aan de macht gekomen nazisme. Dat gold overigens niet voor bijvoorbeeld Joop den Uyl, die, evenals de meeste andere leden van de SSRA en vele vooraanstaande Nederlanders, tot een voorzichtige koers ten opzichte van het Derde Rijk maande. Jan roeide tegen de stroom van voorzichtigheid en onverschilligheid in. Volgens Bauke Marinus is het aan de polemische artikelen in het studentenblad Lux et Veritate van de hand van Meilof IJben te danken dat de latere politicus Den Uyl zijn wat neutrale houding liet varen en zich op den duur fel tegen de bezetter keerde.

In september 1941 stelde het bestuur van de vereniging “Het Hervormd Lyceum” Meilof IJben aan tot leraar geschiedenis. Dat een man van zijn allure zich tijdens zijn leraarschap volop in het verzetswerk stortte, wekt achteraf geen verbazing. Zijn rector verschafte hem daartoe stilzwijgend alle ruimte. Marinus is door onderzoek een aantal verzetsactiviteiten van zijn vroegere leraar op het spoor gekomen. Schrijver en psycholoog Manuel van Loggem zei tegen de auteur over Meilof IJben: “Een held mijnheer, die man was een held.”

De jonge leraar legde contacten in de Joodse Invalide en het Nieuw Israëlitisch Ziekenhuis, zocht onderduikadressen in Lemele (Overijssel), waar hij regelmatig heenreisde, en raakte op die manier steeds meer betrokken bij het verzet.
Om nieuwe schuilplaatsen te vinden, zocht hij vervolgens contact met de in november 1944 geëxecuteerde dominee Ader in Nieuw-Beerta. De Joodse verpleegster en verzetsstrijdster Betty Weijl, aan wie het boekje is opgedragen, werd ondergebracht bij de ouders van Meilof IJben, die eveneens in het verzet actief waren.

In september 1944 werd Meilof IJben adviseur van ‘Nederlands Volksherstel’, een organisatie die zich moest gaan bezighouden met het weer in de legaliteit terugbrengen van onderduikers. Meilof IJbens taak was kinderen te begeleiden die alleen waren achtergebleven.

De in 1970 aan hem toegekende Yad Vashem-onderscheiding moet hem veel voldoening hebben gegeven.


Zo zie je Ton dat er ook bij deze helden wel wat overeenkomsten zijn te vinden met de zaak Calmeyer, uit die andere blog, maar duidelijk ook de nodige verschillen.

IN GESPREK MET HAN – HET LAATSTE OORDEEL

Eén antwoord op “IN GESPREK MET BERT HERMANS – helden”

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *