ACHTERWERK IN DE KAST – lijstjes (2)

Nu wordt op Radio 4 de top 400 van klassieke muziek uitgezonden. In de decembermaand wordt ieder jaar weer de top 2000 aller tijden gedraaid. Lijstjes worden begrafenisondernemers gegeven met welke muziek ze de plechtigheid moeten opluisteren. Ook ik maakte zo’n, maar ook andere muzieklijstjes op de blog.

Zo’n vraag welk liedje of gedicht je laat horen bij een afscheid of welke boeken je meeneemt op vakantie wordt ook wel gesteld in een interview of gesprek. Het lijkt aangename gespreksstof te zijn. Welke kunstenaar en welk werk? Het komt er doorgaans spontaan uit, maar het is een moeilijke vraag omdat er zoveel aanbod is. Neem Rembrandt. Is het de Nachtwacht, wat zo voor de hand liggend is. Van Gogh met de Aardappeleters? Mijn blik gaat bij Rembrandt spontaan uit naar zijn etsen en bij Van Gogh naar de tekeningen van kale bomen en modderpaden in Drenthe en het Noord Brabantse land. Niet direct die kleurrijke landschappen van hem in Zuid Frankrijk, die je herkent als je daar rondrijdt op zinderende zomerse dagen. 

Een keuze zegt wat over de keuze maker, een keuze die echter niet stabiel is. Worden er in de tijd niet andere kunstenaars spontaan genoemd of andere werken van de kunstenaar? Ook de kunstenaar maakt een ontwikkeling door. Van Picasso heb ik wat naslagwerk op de boekenplank staan en mag ze er graag afnemen en doorbladeren. Dan stokt het en kijk ik naar de beelden van Guernica en zie de absurde gruwelijkheden indringend in beeld gebracht die mensen anderen kunnen aandoen. Maar ik kom bij Picasso toch tot een andere keuze. Nog even vooraf: welke van de drie zelfportretten van Picasso zou ik aankruisen en jij lezer?


En wat kleurrijkere keuzen uit het oeuvre van Van Gogh.

Overal is voor de liefhebber wel een schilderij van Van Gogh te vinden en tegen een schappelijk prijsje te kopen. Laatst nog in een Leidse kringloopwinkel.


De werken van Hockney springen vervolgens in mijn beeld. Was leuk om eens rond te lopen in de expositieruimte van het Van Gogh Museum, waar zijn werk was opgehangen.

Ik weet ondertussen welke keuzen voor kunstuitingen mij spontaan aanspreken. Het zijn werken waarbij ik niet te lang moet piekeren om te zien wat het voorstelt (Rodhco niet direct, mooie kleuren dat weer wel) of te horen (atonale muziek niet direct in het gehoor liggend, mag namelijk graag met de muziek mee neuriën ), gedichten (Lucebert niet direct, waar gaat dit over?). Anderen zullen dat ongetwijfeld niet hebben. Het zijn voor hen schilderijen, muziek of gedichten die ze spontaan op hun lijstjes met favorieten zetten.


Als intermezzo een paar voor mij heerlijk in het gehoor liggende gedichtjes:


Hier thuis aan de wand hangt kunst van Wim Hofman waar ik dagelijks van geniet. Deze 3 andere werken van hem komen bij mij op een lijstje voor.


Het werk van Willem Wilmink en Wim Hofman is gerelateerd aan jeugd. Willem met zijn bijdragen aan tv. programma’s als Klokhuis, de Stratenmaker op Zeeshow, J.J. de Bom en Wim met zijn kinderboeken.

Voor mij is de gedachtensprong naar de kunststroom van de Klare Lijn dan niet zo groot. Hergé die Kuifje, Haddock met Bobby aan hun zijde, allerlei avonturen laat beleven in alle uithoeken van de wereld en het heelal, heeft die term toebedeeld gekregen. De term werd bedacht door Joost Swarte en voor het eerst gebruikt ter gelegenheid van de tentoonstelling Kuifje in Rotterdam in 1977. Hergé maakte niet zomaar illustraties bij een verhaal, hij maakte kunst. Je hoeft er alleen maar de beroemde omslagen van de Kuifje-albums voor te bekijken. De blauwe lotus, met de titelheld en zijn hondje Bobbie in een Mingvaas tegen een rode muur met een schaduwdraak; De krab met de gulden scharen, met Kuifje en Haddock op kamelen in de woestijn tegen een blauwe lucht; Cokes in voorraad, waarop we door een verrekijker naar onze helden op een vlot kijken – allemaal hebben ze de schijnbare simpelheid en de heldere contrasten van een Bellini, een Munch of een Mondriaan; allemaal hebben ze iets intrigerends waarop je niet uitgekeken raakt. Maar ook in de strips zelf maakte Hergé af en toe pas op de plaats om het verhaal te onderbreken met een tekening van een halve of een hele pagina. Bijvoorbeeld in Le sceptre d’Ottokar (1939), waarin niet alleen een deel uit een reisgids voor het fictieve Balkanland Syldavië wordt gereproduceerd (inclusief afwijkende typografie), maar ook een beeldschone, zogenaamd vijftiende-eeuwse miniatuur van een veldslag. (Pieter Steinz. NRC, 17 september 2011).

Wat werken van Joost Swarte voor een lijstje. Maakte deze snap shots in de Rotterdamse Kunsthal.

In het museum winkeltje van de Kunsthal is werk van hem te koop, mooi ingelijst ook nog eens.


  • MUSEUMBEZOEK

Kunst bekijken in het museum is bijzonder. Om dat beeldje van de uil van Picasso uit deze blog bijna te kunnen aaien in Boymans van Beuningen. Om in Kröller-Muller van dichtbij de penseelstreken te zien van Van Gogh’s ophaalbrug uit Arles. Toch anders dan de versie die ik zag in de kringloopwinkel uitgestald op die blauwe skai leren bank.

Het Stedelijk Museum bracht onlangs (het najaar van 2009) een aantal kunstwerken bijeen van migranten uit Parijs. Marc Chagall, Pablo Picasso, Piet Mondriaan en andere bekende en onbekende kunstenaars die in de eerste helft van de vorige eeuw naar hét kunstcentrum van de wereld trokken: Parijs. Op dat moment de grootste metropool van Europa en een stad waarin vrijheid heerste, in vele opzichten. Zij moesten er hun weg vinden in een toenemend polariserende samenleving, waarin vrijheid en openheid op gespannen voet stonden met nationalisme, vreemdelingenhaat en antisemitisme. Ik bekeek het verhaal van kunstenaars die moedige beslissingen namen en in een vreemd land tot uitzonderlijk vernieuwend werk kwamen.


9 antwoorden op “ACHTERWERK IN DE KAST – lijstjes (2)”

  1. Ja Ton,

    We hadden het hier de afgelopen week al veel over. Ik ben minder geneigd van die lijstjes te maken, maar een aantal voorkeuren van je deel ik wel, een aantal ook minder. Voor mij wel de Franse landschappen van Van Gogh, wel Rothko en Hockney (maar andere) en natuurlijk Hergé. Een belangrijk onderdeel van zijn werk is ook de geweldige visuele humor.
    De achtergrond van een en ander is soms trouwens verrassend prozaïsch. Zo voegde Hergé naar het schijnt soms een paginagrote tekening toe omdat hij simpelweg niet uitkwam met het aantal pagina’s.

  2. Ja Jan Jacob,

    Jouw vraag naar welke kunstenaar ik bewonder was de aanleiding voor deze blog. Een leuke vraag, maar oh zo moeilijk. Vaak doe ik dat spelletje als ik in een museum of expositieruimte ben en vraag me af welk werk ik thuis aan de muur zou willen hangen. Maar aan dergelijke wanden hangt nog zoveel meer dat niet in mijn huis past of op een lijstje terecht komt.

    In het lijstje van Van Gogh heb ik ook mijn waardering voor zijn Franse landschap gegeven met het ‘Korenveld met kraaien’, dat in het Van Gogh museum in Amsterdam hangt. Dan weet ik zijn werk uit Saint-Remy-de Provence of Auvers-sur-Oise of uit de omgeving van Arles, streken waar we regelmatig kampeerden en die aan het landschap en de dorpjes een extra dimensie geven. Maar dat doet het Brabantse platteland zeker ook als ik vanuit ons boshuisje door dat landschap rijd .

    Bij Herge noem ik in de blog zo’n pagina grote tekening. Boven mijn werktafel hangt zo’n tekening met Haddock, Kuifje dolend in de woestijn en Bobby met een enorme bot in zijn bek.

  3. Raarr … !

    Eerder hing deze poster van Kuifje boven mijn werktafel in de Alma Mater. Niet zelden werd daar een gniffelde opmerking over gemaakt. Ik vraag me af of dat ook door deze liberaal denkende collegae gedaan zou zijn bij een poster van de Guernica, die ook bij een willekeurig posterwinkel te krijgen is. Of bij een abstract kunstwerk waar je met een peinzende serieuze blik de wenkbrauwen voor moet ophalen. ‘Raarrr’, hoor ik dan Romein in een aflevering van Jiskefet , vanuit de zaal een atonale muziekuitvoering instemmend begeleiden met ‘Raarrriii ! Wel leuk nu zo’n uitvoering die niet direct in het gehoor ligt.

    https://www.google.com/url?sa=t&rct=j&q=&esrc=s&source=web&cd=&cad=rja&uact=8&ved=2ahUKEwjd_squ-b3sAhVBsKQKHYXXAN8QwqsBMAB6BAgVEAM&url=https%3A%2F%2Fwww.youtube.com%2Fwatch%3Fv%3DT4kyoDd5pYI&usg=AOvVaw1MlWj7kwOugNPS0kzhY3DB

  4. Ha Ton, Weer zo’n mooie blog die uitnodigt om te reageren. Mijn voorkeuren (geen lijstjes) zijn duidelijk anders dan de jouwe. Bij mij scoort Mark Rothko wel hoog. Ik herinner me nog als de dag van gisteren de prachtige Rothko overzichtstentoonstelling in 2014 in het Haagse Gemeentemuseum (nu Kunstmuseum Den Haag) en de belevenis van het alleen zijn met een van zijn werken in 2019 in het Stedelijk museum Schiedam tijdens de expositie Rothko & ik. Een werkelijk fantastische ervaring.
    Verder gaat mijn voorkeur uit naar een schilder als Turner en in mijn eigen werk heb ik mij laten beïnvloeden door kunstenaars als Pieter Saenredam , M.C. Esscher en Hopper en de architectuur van onder andere Frank Lloyd Wright.
    Bij het schilderen zet ik, afhankelijk van de stemming, ook vaak klassieke muziek op en daarbij zijn Bach en vooral Händel mijn favorieten.

  5. Ja Bert,

    ‘Geen dag zonder Bach’ zeg ik bij het opzetten van achtergrondmuziek. Turner zou ik zeker noemen en Hopper. Hoezeer lijkt die prent van Joost Swarte niet op Hoppers cafe zicht?
    Genoot ook erg van de overzichtstentoonstelling van Rothko, met name wat betreft de zichtbare waarderende reacties van de toeschouwers. Dat deed mijn kleinzoon toen 6 jaar ook, alleen wat te luidruchtig en werd dan ook aangesproken door de suppoost om zijn enthousiasme passend te uiten.

  6. Grappig, Bert, jij noemt Pieter Saenredam, met zijn prachtige kerkinterieurs. Enigszins te vergelijken, in de zin van ‘doet me denken aan’, spreken de kerkinterieurs van Herman Helmantel mij aan. De lege beknellende kilte die deze ruimten voor mij uitstralen doen mij rillen bij het zien. Toch zou ik hier thuis een plekje aan de muur voor hem inruimen. Zijn werk is in ieder geval op een aantal plekken op de site te vinden.

  7. De gerenomeerde dagbladen komen met hun jaarlijkse lijstjes met films, boeken en platen. Ik zie deze week (17 oktober 2020) in the New Yorker een tribute staan aan Richard Brody de uitgesproken lijstjesmaker van dat blad:
    ‘In that spirit, I would like to salute Richard Brody, one of the great list-makers on The New Yorker’s staff. He is more than just a prodigious lister; he uses the form to construct a critical framework about a year in cinema, a partial century of cinema, or even a streaming service. Most recently, Richard listed the sixty-two films “that shaped the art of documentary filmmaking.’
    Daarmee kom ik op mijn omschrijving van een lijstje. Het is voor mij zoiets als een klankbord waar je jouw smaak tegenover zet. En een leuk spelletje.

  8. Een voorbeeld:

    In Magazine, de zaterdagse bijlage van de Volkskrant wordt een persoon een aantal vragen gesteld, zoals welke film, welk boek en kunststroming als smaak genoemd kan worden. Mag de rubriek graag bekijken. Nu, op 17 oktober 2020, is de Zweedse schrijver Jonas Jonasson aan de beurt voor het wekelijkse vragenuurtje. Schrijver van ‘De 100 jarige man die uit het raam klom en verdween’, maar dat doet nu niet zo terzake, hoewel het een verhaal is dat met een glimlach lekker wegleest. Jonas noemt de film La Vita e Bella van Roberto Benigni. Ja, een prachtige film over de absurditeit van de joden vervolging. Bij de kunststroming noemt hij het Expressionisme, omdat het toegankelijk is, probleemvrij en een beetje ‘what you see is what you get’, aangevuld met de emoties van de kunstenaar. ‘Er zijn twee lagen, niet twintig – en voor mij is dat prima.’ Hij vervolgt met ‘wie mijn favoriet is hangt een beetje van mijn bui af (…). ‘ Dat ik in deze reactie hiernaar verwijs is dat zo’n verantwoording me aanspreekt, me daar ook voor een deel in denk te herkennen.

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *