- POLITIEKE JUNK
Sander Donkers. Volkskrant, 2020
‘Nu ik na weken van woeste taferelen van het Trump-kamp eindelijk mijn nieuwsconsumptie terug hoopte te kunnen schroeven, was het ineens volop Baudet-time. Dat werd niet verslappen dus, niks rust pakken. In de supermarkt van de waanzin was het schap met blaaskaken een paadje verplaatst, maar ze waren nog steeds in de aanbieding. En ik zou ze niet laten liggen.
De nieuwsjunk hunkert naar nieuwsjunkfood, omdat het de vorige keer niet vulde. Naar weer diezelfde cyclus, dagenlang, in dat duizelingwekkende tempo. Filmpje, verklaring, tegenspraak, tweetje, interview, uitgelekte brief, op straat gegooide ruzie. In je achterhoofd steeds het besef dat je het allemaal kan missen zonder echt iets te missen, want de uiteindelijke uitkomst hoor je vanzelf. Toch elk detail opslurpen, en je daar dan even schuldig als onbevredigd over voelen, omdat elke nieuwsjunk heus wel weet dat een hartig essay veel gezonder is.’
- NEDERLAND IN HET VOORBIJGAAN
Marcel van den Bergh. Volkskrant, 23 november 2020
Hessel von Piekartz. Volkskrant, 27 november 2020.
‘Door het vuurwerkverbod heeft de onlinehandel in cobra’s, nitraten, mortierbommen of lawinevuurpijlen de afgelopen weken een hoge vlucht genomen. Op de versleutelde chatdienst Telegram zijn meerdere openbare chatgroepen met duizenden leden te vinden waar verkopers en kopers van verboden en illegaal vuurwerk elkaar proberen te vinden.’
- Waar komt deze eruptie van vuurwerkoverlast vandaan?
Sander de Graaf. Volkskrant, 27 november 2020
‘De lont in het kruitvat lijkt toch echt het vuurwerkverbod te zijn. Op sociale media circuleren al weken oproepen om als protest tegen het vuurwerkverbod juist vuurwerk af te steken. Vuurwerkfans vinden dat de overheid de coronacrisis misbruikt om hun speeltje af te pakken. ‘No pyro no party’, klinkt het – een slogan die ook onder voetbalhooligans populair is.’
Kan me zo storen dat ieder programma zo veel keer wordt aangekondigd. Voor het reclameblok, na het reclameblok en als het programma begint hoor ik nog eens wat het programma ons gaat bieden. Dan zie ik uiteindelijk de uitzending en denk dan: ‘… maar dat heb ik al gehoord.’
Maar er zijn uitzonderingen: Geen dag ging deze week voorbij of de documentaire Klassen werd wel aangekondigd. Ik kijk uit naar deze documentaire serie.
Evelien van Veen. Volkskrant, 28 november 2020. (Beeld Jaap Scheeren).
Documentairemakers Ester Gould en Sarah Sylbing lieten in 2016 met Schuldig de werkelijkheid zien van mensen in geldnood. Ze zijn terug op tv met Klassen, een reeks over kansenongelijkheid in het onderwijs. ‘Mensen denken: als je slim bent, dan red je het toch?’
Sarah Sylbing: ‘Maar het gaat eigenlijk niet om zwart en wit. Het gaat om hoogopgeleide ouders en laagopgeleide ouders, om rijk tegenover arm. Je ziet het in Noord, maar je ziet het ook overal in Nederland: dat zijn steeds meer gescheiden werelden. Kansrijke kinderen zitten bij kansrijke kinderen op school, kansarme bij kansarme. De kinderen die thuis cito-training krijgen, gaan bij voorkeur naar een categorale havo, omdat ze daar niet kunnen afzakken. En de kinderen uit achterstandsgezinnen komen op scholengemeenschappen terecht, ook allemaal bij elkaar.’
Ester Gould: ‘Heftig, hè. De maatschappij is weer totaal verzuild, maar nu in schoolgebouwen. Er is voor gezorgd dat kinderen… Sarah Sylbing: ‘Apart zitten van elkaar. En dat is niet een kwestie van kleur, maar van sociaaleconomische status. Hoe bepalend die is zie je goed bij een wit gezin als dat van Anyssa, daarom waren we zo blij dat die familie mee wilde doen. Arm laat zich sowieso makkelijker filmen dan rijk. Rijk heeft veel meer te verliezen.’
- WAAR JE WIEG STAAT
Waar je wieg staat is de treffende titel van aflevering 1. En het klopt: waar je geboren wordt is de belangrijkste loterij van je leven. De invloed van sociaal milieu is enorm. De Franse socioloog Bourdieu beschrijft dit in termen van kapitaal. Elk gezin bezit sociaal, economisch en cultureel kapitaal, waarbij die laatste vooral belangrijk is voor succes op school.
Van jongs af aan worden kinderen van hoogopgeleide ouders bewust en onbewust voorbereid op een succesvolle loopbaan in het onderwijs. Er is hulp bij het huiswerk, er worden musea bezocht, er is geld voor vakantie en indien nodig is er extra ondersteuning in de vorm van huiswerkbegeleiding. Vanuit het perspectief van die ouders volkomen logische keuzes: waarom zou je je kind musea of lezen ontzeggen? Het grote probleem voor sommige kinderen is dat ze geen toegang hebben, terwijl ze daar wel baat bij zouden hebben.
- NOG IETS OM NAAR UIT TE ZIEN
NRC, 28 november 2020.
‘Van Reybrouck somt het allemaal op, de aantallen slachtoffers die het Nederlandse koloniale bewind onder de bevolking maakte om zijn gezag te vestigen. Hij was geshockeerd, zegt hij, door onderzoek van het Britse YouGov in 2019. Dat vroeg Europeanen of ze trots waren op hun koloniale verleden. Nederland stak „met kop en schouders” boven de rest uit. 50 procent van de ondervraagden was trots op het vroegere imperium, tegenover 32 procent van de Britten, 26 procent van de Fransen en 23 procent van de Belgen. Slechts 6 procent van de Nederlanders schaamde zich voor het koloniale verleden.’
NRC. 4 December 2020,
Van Reybrouck heeft zich voor het schrijven van dit werk laten inspireren door Multatuli’s Max Havelaar. En net zoals zijn grote voorbeeld is Revolusieen mengeling van genres. Romantiserende beschrijvingen, afgewisseld met straffe collegedictaten en journalistiek aanvoelende reportages, eindigend in het licht van de sterren weerspiegeld door het plankton in een tropische zee.
Net als met zijn boek over Congo probeert Van Reybrouck de recente geschiedenis mede te vertellen aan de hand van verhalen van getuigen. Hij sprak er tweehonderd. Als een van zijn gesprekspartners opmerkt dat hij maar een eenvoudige boer is, schrijft Van Reybrouck: ‘Elk leven, hoe onopvallend ook, weerkaatst het licht van de geschiedenis.’ En dat is een fraai verwoorde rechtvaardiging voor het schrijven van oral history.Ofschoon daar best vraagtekens bij te plaatsen zijn, weet Van Reybrouck de meeste klippen te omzeilen door verhalen behendig te staven met schriftelijke bronnen of andere persoonlijke getuigenissen. Als hij bijvoorbeeld Hendrik Pauned Muntuuntu aan het woord laat over de landing van de Japanners in Midden-Celebes, verifieert hij die informatie met gegevens uit de dagrapporten van Japanse militairen. (…) En de kritiek van de auteur op de beruchte Nederlandse vergeetachtigheid waar het gaat om oorlogsmisdaden en andere wandaden in de kolonie, die treft doel.