LOGBOEK – week 19 – 2021

  • Jeroen Brouwers wint Libris Literatuur Prijs 2021.
NOS

‘Schrijver Jeroen Brouwers is met zijn boek Cliënt E. Busken de winnaar van de Libris Literatuur Prijs 2021. Dat is maandagavond bekendgemaakt in Nieuwsuur. Zijn boek is een “unieke roman”, aldus juryvoorzitter Lilianne Ploumen. “Een roman die je opslokt en je naar adem happend rond laat tollen en hijgend stil doet staan.”

Brouwers’ roman is een monoloog van de chagrijnige, dementerende oude man Busken. Hij woont op de gesloten afdeling van Huize Madeleine, een verzorgingstehuis, is doofstom en kan zich nauwelijks bewegen. Maar vanbinnen is hij nog volop in bedrijf, ondanks zijn vermeende dementie. De verwarde, maar welbespraakte geest neemt alles wat er om hem heen gebeurt scherp waar: zijn verzorgers, mede-dementen en de kwaadaardige psychologen en psychiaters.

De 81-jarige schrijver werkte vier jaar aan zijn boek en kwam op het verhaal van de oude Busken dankzij een vriendin die werd opgenomen op een gesloten afdeling. Brouwers bezocht haar daar regelmatig. “De allereerste keer dat ik daar binnenkwam wist ik: dit is een roman voor mij. De zielige mensen die daar wat rond schuifelden, het sprak mij aan. Een merkwaardige sfeer van afgeslotenheid en gevangenschap.”

Gevangenschap is een terugkerend thema in zijn werk, erkent Brouwers. Zo schreef hij eerder Bezonken Rood, een autobiografisch oorlogsroman over de jaren die hij als kleuter doorbracht in het jappenkamp Tjideng.’

Zie ook de blogs die ik schreef na het beklemmende nu bekroonde relaas van Brouwers gelezen te hebben. VAN DE BOEKENPLANK


  • IN GESPREK MET BERT HERMANS

Prachtige blogs over het nu bekroonde boek van Brouwers Ton. Ik heb jarenlang ook les gegeven (Strafrecht, Penitentiair recht en Jeugdrecht) aan juristen en orthopedagogen en daarbij ook naar de boeken van Goffman en Etzioni verwezen. Het mooie van het werk van Brouwers vind ik dat hij zo poëtisch en praktisch beschrijft wat Goffman al eerder schreef over totale instituties: ‘De staf heeft vaak het gevoel superieur te zijn en gelijk te hebben, de bewoners voelen zich vaak, in sommige opzichten, inferieur, zwak, etc. Deze uitsluiting van informatie verschaft de staf een bijzondere mogelijkheid tot afstand van en controle over de patiënten. Vaak vergeet de staf dat een persoon een bepaalde persoonlijke organisatie van activiteiten in het dagelijks leven heeft. Dit maakt deel uit van een groter kader binnen zijn omgeving’.
En, zo gaat Goffman verder: ‘Systematisch wordt het ego tenietgedaan. Grote veranderingen vinden plaats in zijn morele carrière. Er zijn verschillende manieren waarop het ego teniet wordt gedaan. Ten eerste de barrière die de totale institutie plaatst tussen bewoner en de wijdere wereld. Hierdoor gaan sommige rollen, die hij in contact met de buitenwereld wel had, voor de bewoner verloren. Ten tweede de entree-procedures, zoals het toekennen van een nummer, persoonlijke bezittingen afstaan, het aanwijzen van de slaapplaats et cetera. Hiermee wordt het individu ontdaan van zijn ‘persoonlijke gezicht’. Op deze manier wordt de bewoner geschikt gemaakt voor routinematige bewerking/behandeling.

Zelf heb ik die ervaring ook gehad in militaire dienst en in het bijzonder bij opname in het militair hospitaal. Ook daar werden je eigen kleren afgenomen en kreeg je een (veel te groot) fel gekleurd blauw pak aan met een te korte broek, en een rode stropdas op een wit overhemd, zodat je – als je het waagde te ontsnappen – snel door de marechaussee weer op straat kon worden opgepakt.


Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *