GROETEN UIT DEN HAAG – een stadskind

OP MIJN PRIKBORD (2)

Op het prikboord boven mijn bureau hing een foto van de Weimarstraat uit de jaren 60. Een vrachtwagen van de Droste Chocolade lost zijn goederen en blokkeert op dat moment de gele tram van de HTM die vanaf de Beeklaan richting het Koningsplein rijdt.

  • WILLEM WILLEMS

Collega Wim Willems merkte deze foto op, want in die buurt groeide hij op. Hij woonde op het kruispunt van de Copernicusstraat en Ampèrestraat, ik vlak om de hoek in de Fahrenheitstraat. Wij spraken uren over de tijd van toen: ‘weet je nog dat … en hoe zat het ook alweer met …? Een feest der herkenning werd het. De Fahrenheitstraat met speelgoedmagazijn Droomland, het interieur dat we nog precies wisten te beschrijven met de vitrinekast vol met Dincky Toys, het restaurant De Halve Maan op de Thomsonlaan, de eerste afhaalchinees waar we op zondagmiddag onze grootste pan tot de rand toe lieten volscheppen met nasi, de Indische buren met flessen water op de wc of een geheimzinnig omhooggericht waterpijpje. … VERDER LEZEN “GROETEN UIT DEN HAAG – een stadskind”

GEBIEDSONTWIKKELING – not in my back yard (3)

EEN DRIELUIK

  • PRIVE

Mensen leven van binnen naar buiten, van besloten naar open. In die volgorde is er de woonkamer en de ruimten daaromheen voor het eten, koken, slapen: de intimiteit van het interieur. Men is er thuis. Thuis gaat over de dingen die dichtbij staan, die vertrouwd zijn, die doorgaan en die hetzelfde blijven. “Het gevoel van thuis zijn gaat meestal over dat wat privaat is, veilig en bekend. Het thuis is een speciale soort van plaats en tijd, waarmee mensen een sterke sociale, psychologische en emotionele binding ervaren. Omdat thuis gaat over associaties met vroeger en de dingen die vertrouwd zijn en hetzelfde blijven, zijn dergelijke gevoelens kwetsbaar, met name in perioden van verandering.VERDER LEZEN “GEBIEDSONTWIKKELING – not in my back yard (3)”

GEBIEDSONTWIKKELING – tussen tekentafel & leefsituatie (1)

  • STEDENBOUW VAN ALLEDAG

Sinds de Tweede Wereldoorlog was de stadsuitleg het domein van de stedenbouwer. De stedenbouw was gericht op nieuwbouw en dicteerde waar en hoe mensen moesten samenleven, waar bedrijven gevestigd moesten worden, waar gerecreëerd kon worden. Alles volgens een ideaal eindbeeld.

Een exponent en inspirator is Le Courbusier. Hij dacht in ideaalbeelden. Echte mensen zijn niet te herkennen in zijn ontwerpen. Hij beschouwde de stad als een machine die een nieuwe mens moest produceren, een nieuwe mens die zich moest onderwerpen aan een rationele nieuwe orde, bedacht door briljante architecten en ingenieurs. In 1925 lanceerde hij zijn plan Le Voisin voor Parijs. Tussen de Seine en Gare du Nord moest de stad tegen de vlakte gaan om plaats te maken voor achttien kruisvormige wolkenkrabbers van zestig verdiepingen, neergezet in een stadspark.… VERDER LEZEN “GEBIEDSONTWIKKELING – tussen tekentafel & leefsituatie (1)”

GEBIEDSONTWIKKELING – not in my backyard (1)

DE VOORDEUR

  • EEN PLEIDOOI VOOR ‘HET TOUWTJE UIT DE BRIEVENBUS’

Het hangen van een touwtje uit de brievenbus is een vooral in Nederland bekend (voormalig) gebruik en begrip dat stamt uit de jaren zestig en zeventig van de twintigste eeuw. Het doel van een touwtje uit de brievenbus is het openen van een (huis)deur aan de buitenzijde zonder dat hierbij een sleutel nodig is voor gezinsleden en soms ook genode gasten, zoals familie of buren. (Wikipedia).

Foto: Annina Romita (AD).

JAN TERLOUW: ‘Er hangen geen touwtjes meer uit de brievenbus­sen. We vertrouwen mekaar niet meer.’

In zijn kindertijd hingen er touwtjes uit brievenbussen om deuren te openen. Er is veel veranderd. Nu wordt je fiets zelfs gestolen wanneer er drie sloten omheen hangen.… VERDER LEZEN “GEBIEDSONTWIKKELING – not in my backyard (1)”

GEBIEDSONTWIKKELING – not in my backyard (2)

STOEP & VOORTUINTJE

  • Het boek ”The Human Condition’ uit 1958 van Hannah Arendt wordt binnen de architectuurtheorie veelal aangehaald. Één van de kernbegrippen dat Arendt hierin formuleert is het begrip Space of Appearance‘ (ruimte van het publiek verschijnen). Het ideaal voor Arendt is de Griekse polis, niet zozeer de fysieke vorm van de stadsstaat, maar polis als het organiseren en samenkomen van mensen die samen spreken en handelen.
    De essentie van de polis is voor haar de ruimte tussen de mensen in, niet alleen als een ruimte voor het verschijnen, voor expressie, maar vooral ook als een relationele ruimte. Een plaats waar ideeën worden uitgesproken, waarbinnen relaties worden aangegaan, kortom een ruimte voor interactie.
VERDER LEZEN “GEBIEDSONTWIKKELING – not in my backyard (2)”