VAN DE BOEKENPLANK – goal

Zit voor de boekenkast, loop wat titels langs en pak het boek Goal. Het boek met voetbalplaatjes van de sportjournalist Leo Pagano. Ik sla het boek open, heerlijke muffe geur stijgt op.

Er is geen blanco plekje in mijn album te vinden waar een plaatje ontbreekt. Voor een tijd wasten we ons hiervoor met Condor huishoudzeep. In mijn boekenkast moet ik nog ergens de ‘Atlas van Europa’ hebben staan. Mijn moeder heeft een periode hiervoor het vlees in de Planta-margarine gebakken. De plaatjes die je kreeg door in dit geval de zegels op het pakje uit te knippen en in te leveren bij een kaasboer die lid van het Zuivelbureau moest zijn.

5 antwoorden op “VAN DE BOEKENPLANK – goal”

  1. Ik herinner me de stem van Leo Pagano nog heel goed. Zijn voetbalverslagen op de radio staan me nog scherp voor de geest en zijn uitroep “Ongelooflijk, luisteraars! Wat hier gebeurt; is ongelooflijk!” klonk mij destijds als muziek in de oren. Leo Pagano hoort zeker in het rijtje thuis tussen Dick van Rijn, Ad van Emmenes en Jan Cottaar.

  2. Muziek kregen de luisteraars – “waar ook ter wereld, ter land, ter zee of in de lucht” – ook te horen. Kun je zingen, zing dan mee met Jan de Cler nadat Oranje eindelijk weer eens gewonnen had van de Rode Duivels in de Hel van Deurne. In mijn blog over de zondagmiddag heb dat filmpje van toen toegevoegd.
    https://tonvanderpennen.nl/?p=1246

  3. Bert, Jij noemt Jan Cottaar. Deze sportcommentator roept bij meerdere generatiegenoten herinneringen op. Zo lees ik op internet:
    ‘Jan Cottaar kwam in het begin van de jaren zestig, in zwart wit op het TV-scherm. Hij was mede presentator van het TV-programma ‘Sport in Beeld’ en voor de KRO verzorgde hij de maandelijkse sportrubriek ‘Van onze sportredacteur’. Jan en zijn ‘butterfly’ waren onafscheidelijk. Boven het chique vlinderdasje een groot rond hoofd dat werd geaccentueerd door een plat achterover gekamde haardos met veel brillantine. Cottaar was naast journalist ook schrijver. Van zijn hand heb ik in een keer uitgelezen de roman: ‘De troostprijs is een gele trui’ (1962), een boek over de tweestrijd tussen Coppi en Bartali (‘Coppi kreeg de witte dame en Bartali won de Tour’). Hij schreef in 1964 ook ‘Van Olympus tot Fujijama’ ter gelegenheid van de Olympische Spelen in Tokio. Een boek in drie delen dat ik toen heb gekocht bij Albert Heijn.
    De drie voor die tijd mooie glimmende uitgaven staan nog altijd op de plank bij mijn oude jeugdboeken Pinkeltje, Pietje Bell en Dik Trom. Begin jaren zeventig was Jan Cottaar directeur van het NOC, met een kantoor in Den Haag. Later, omstreeks 1984, heb ik hem voor de eerste en de laatst keer in levende lijve gezien. Dat was toen ik voor mijn zoon Mervin bij het NOC in Den Haag materiaal ging halen voor een opstel over de Olympische Spelen. Jan zat er, twee hoog achter, nog steeds met een vlinderdasje achter zijn bureau, in een donkere sombere ruimte te midden van een enorme bende. Het NOC kwam op mij toen weinig professioneel over. Alhoewel ik allervriendelijkst werd geholpen door de donkerharige (oud) 400 meter loopster Tilly van der Zwaard. Zij werd in 1964 in Tokio zesde. Zeker is dat Jan Cottaar in de jaren vijftig van de vorige eeuw mijn de fascinatie voor de Tour de France heeft bijgebracht.’ (Oud-Ginnekenaar Reinier Bakker).

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *